Er is onduidelijkheid over hoe datacenters de energiekosten doorrekenen aan gebruikers van colocatiediensten, vanwege de prijsverhogingen die plaatsvinden. Het verlaagde tarief van 9% is sinds juli van toepassing op energiebronnen zoals aardgas, elektriciteit en stadsverwarming. De Belastingdienst heeft gereageerd op vragen uit de sector
Volgens de Belastingdienst mag het verlaagde tarief niet worden doorgerekend aan gebruikers van colocatiediensten, omdat colocatie moet worden gezien als een samengestelde dienst. De Belastingdienst is van mening dat colocatiedatacenters één samengestelde prestatie verrichten, waarbij het verrichten van colocatiediensten de hoofdprestatie is. De levering van elektriciteit is in dit geval een bijkomende prestatie, nodig om de hoofdprestatie mogelijk te maken. Bovendien is het afnemen van colocatiediensten zonder het afnemen van elektriciteit niet zinvol en het afnemen van elektriciteit zonder de colocatiediensten geen doel op zich vanuit de modale consument. Het splitsen van de prestatie is volgens de Belastingdienst kunstmatig.
De levering van elektriciteit en het beschikbaar stellen van power rights volgen de btw-behandeling van colocatiediensten en zijn daarom belast naar het algemene tarief.
Juridisch kader
Verlaagd btw-tarief voor energie
Volgens artikel 9, lid 2, sub a, van de Wet OB en tabel 1, onderdeel 5c van de Wet OB wordt elektriciteit die via het elektriciteitsnet wordt geleverd belast tegen het verlaagde btw-tarief van 9%..
Samengestelde prestatie
Volgens de toelichting op tabel I van de Wet OB moet bij transacties die bestaan uit meerdere leveringen en/of diensten (samengestelde prestaties) eerst bepaald worden of er sprake is van één levering of één dienst, of van meerdere afzonderlijke leveringen en/of diensten alvorens het verlaagde btw-tarief van tabel I van toepassing kan zijn. In principe moet elke prestatie (levering of dienst) als onderscheiden en zelfstandig worden beschouwd. Er zijn twee uitzonderingen op dit uitgangspunt: (1) wanneer een prestatie bijkomend is bij een hoofdprestatie, of (2) wanneer prestaties één ondeelbare economische prestatie vormen.
Bijkomende prestaties zijn prestaties die voor de gemiddelde consument geen doel op zich vormen, maar een middel zijn om de hoofdprestatie optimaal te kunnen gebruiken of om deze zo aantrekkelijk mogelijk te maken.
Er is sprake van één ondeelbare economische prestatie wanneer prestaties zo nauw met elkaar verbonden zijn dat ze objectief gezien één ondeelbare economische prestatie vormen vanuit de positie van de gemiddelde consument, waarvan splitsing kunstmatig zou zijn. Een aanwijzing daarvoor is dat de prestaties afzonderlijk geen vereist praktisch nut hebben voor de afnemer.